De veerkrachtige advocaat
Leuk hoor dat modelletje met die vier kwadranten van Covey die we advocaat-stagiaires voorhouden tijdens module 5 van Vaardigheden: timemanagement. Ze kunnen daarmee in kaart brengen wat hun prioriteiten zijn, welke zaken ze kunnen en moet plannen en waaraan ze juist geen aandacht moeten besteden. De kernboodschap die we erbij geven is: voorkom urgentie en doe vooral wat belangrijk is. Een open deur. Oké, met meer bewustzijn lukt het wellicht beter om ernaar te leven. Maar laten we wel wezen: veel van het werk van een advocaat laat zich moeilijk plannen, is vaak urgent, én belangrijk.
Je kent het wel: een cliënt die zich, geconfronteerd met de rechter, ineens een belastend detail herinnert; een wederpartij die tig getuigen oproept; de onheilspellende e-mail van de senior op vrijdagmiddag om 17.30 uur met de niets verhullende drie woorden: pak dit op. Het zijn voorbeelden van situaties uit de advocatenpraktijk die zich moeilijk laten voorspellen en waar je niet omheen kunt. Dat vergt het één en ander van een advocaat. Maar wat precies?
De weerbarstige praktijk
Advocaat-stagiaires zijn iets meer dan een jaar in de Beroepsopleiding onderweg als ze de module Timemanagement krijgen. Ze hebben dan kennisgemaakt met de hectiek van de praktijk en worden geleid door de waan van de dag. Ze maken lange dagen, trekken avonden door; vol aan het werk voor meerdere seniors tegelijk. Velen beseffen inmiddels dat ze door de week beter geen privéafspraken kunnen inplannen. Het risico dat je moet afzeggen omdat je moet doorwerken is te groot. Dat klinkt heftiger dan het over het algemeen wordt ervaren. Doorwerken met leuke collega’s, in leuke zaken, voor dankbare cliënten en/ of seniors biedt voldoening. Het wordt pas lastig als de collega’s minder leuk zijn, de zaken vervelend of enige vorm van waardering van wie dan ook ontbreekt.
De collega’s, het werk en de beloning zijn belangrijk voor het ervaren van voldoening. Deze voorwaarden vormen de basis om het vol te houden in welke baan dan ook. Wordt er echter meer gevraagd, zoals bij extra druk, extra uitdagingen, onvoorspelbaarheden en/of extra risico’s, dan gelden ook extra voorwaarden. Onder zulke omstandigheden wordt een beroep gedaan op zogenoemde mentale standvastigheid, oftewel veerkracht. Nu hoor ik je denken: dat heb je of dat heb je niet. Maar dat is, gelukkig, niet helemaal waar. Hoewel persoonlijke eigenschappen zeker een rol spelen, kan veerkracht getraind, versterkt én gefaciliteerd worden.
Eigenschappen, vaardigheden en omgeving
Extraverte, consciëntieuze en competitieve mensen hebben een voorsprong bij het ontwikkelen van veerkracht. Ook helpen zelfvertrouwen en taakgerichtheid hierbij. Het zijn eigenschappen die goed te rijmen zijn met het prototype van de advocaat. Tevens blijkt het te helpen als je enigszins egocentrisch bent (lees narcistisch) en weinig bedreven in het ervaren en uiten van emoties. Je zou zo’n pro-veerkrachtige persoonlijkheid kunnen zien als iemand met een enigszins zakelijk innerlijk leven, voorzien van een onbescheiden dosis zelfliefde.
Met eigenschappen alleen kom je echter niet ver. Je moet ze in je voordeel kunnen gebruiken. Dat is waar vaardigheden om de hoek komen kijken.
Vaardigheden die horen bij veerkracht hebben, niet verrassend, met name te maken met persoonlijke effectiviteit. Veerkracht is gebaat bij zelf- en sociaal bewustzijn, het kunnen aansturen van eigen gedachten en denkbeelden, het reguleren van aandacht en (ont)spanning en het kunnen stellen en naleven van doelen. Veerkrachtige mensen weten hoe ze hun zelfvertrouwen kunnen voeden, waar ze moeten zijn voor support en hoe ze communicatie in kunnen zetten om relaties te managen. Ze weten wat ze moeten doen om te focussen en om gemotiveerd te raken en te blijven. Het zijn niet de minste vaardigheden waarover men moet beschikken voor veerkracht, maar met behulp van coaching en training zijn ze zeker te ontwikkelen.
En dan ten slotte, die dynamische omgeving waarin het allemaal gebeuren moet. Die moet op zichzelf aan behoorlijk wat voorwaarden voldoen om veerkracht te stimuleren. Die omgeving mag niet te comfortabel, niet te hard, niet conflictueus en niet te lief zijn. Er moet sprake zijn van voldoende uitdaging, ervaren steun, gezonde competitie en een groepsgevoel. Een omgeving waarin je voelt dat je er met een hecht team tegenaan gaat, waar je leert van eigen en andermans fouten, waar successen worden gezien en gevierd, waarbinnen weloverwogen keuzes kunnen worden gemaakt en iedereen voortdurend nieuwe uitdagingen zoekt.
Wenselijke eigenschappen kunnen worden versterkt en niet-wenselijke eigenschappen kunnen worden afgezwakt door omgeving en vaardigheden. Vaardigheden kunnen worden geleerd en getraind en een omgeving kan worden gecreëerd. Goed nieuws en dus (veel) werk aan de winkel.
Bronnen