Waarom het gras aan de overkant groener lijkt
“Ik wil ook die!” Mijn dochter van twee wijst naar het ontbijtbord van haar oudere zus. Haar eigen bord duwt ze resoluut van zich af. Lief als haar zus is, scheurt zij haar broodje met pindakaas doormidden en geeft een helft aan haar zusje. Op dat moment komt mijn zoon de keuken binnen. Hij gaat deze ochtend voor een boterham met jam. O nee, niet hij ook iets anders… En jawel hoor, binnen een paar seconden klinkt het weer: “Ik wil ook die!” Vastberaden wijst de jongste naar het bord van haar broer. Het halve broodje pindakaas waar ze één hap van genomen had wordt ook afgedankt. Mijn man arriveert. Hij schuift aan met een kom havermout. Ik zie haar kijken… “Ik wil ook! Eigen bakje!
Hoe komt het dat wat we niet hebben vaak zo aantrekkelijk lijkt, totdat we het wel hebben? Dit heeft te maken met hoe dingen in onze hersenen worden gerepresenteerd en vervolgens door ons worden gewaardeerd. Dingen die letterlijk en figuurlijk dichtbij ons staan worden op een andere manier in onze hersenen gerepresenteerd dan dingen die verder van ons af staan.
Wat afstand met perceptie doet
Voorwerpen, mensen en gebeurtenissen die verder van ons af staan in tijd, (sociale) afstand of realiteit nemen wij op een meer abstracte manier waar. Voorwerpen, mensen en gebeurtenissen die letterlijk of figuurlijk dichterbij ons staan ervaren wij concreter. Hoe concreter iets voor ons is, hoe gedetailleerder en hoe beter we de verschillende kanten, de voor- en nadelen, ervan zien. Dingen die abstracter voor ons zijn bekijken we meer globaal en meer van één kant.
We richten ons minder op details en zijn daardoor eenduidiger in ons oordeel. Zo lijkt een grasveld van veraf egaal groen en zie je als je dichterbij komt de kale plekken pas. Vertaald naar mijn jongste dochter: de cracker op haar eigen bord ziet er wel lekker uit, maar voelt en smaakt niet heel verrassend. Het broodje pindakaas op het bord van haar zus iets verderop ziet er daarentegen heel aantrekkelijk en smaakvol uit. Eenmaal een hap daarvan genomen concludeert ze echter dat dit toch geen ultieme smaakbeleving oplevert, vooral ook omdat die boterham met jam van haar broer vanaf de overkant van de tafel schittert in het zonlicht. Of nee, iets in een bakje, dat is pas speciaal! “Dat wil ik ook!”
Mentale constructen
We kunnen alleen het hier en nu direct ervaren. Onze hoofden zitten daarnaast vol met herinneringen, plannen, voorspellingen en wensen die onze emoties en keuzes beïnvloeden en ons gedrag sturen. Hoewel we niet kunnen ervaren wat er nu niet is of wat we nu niet hebben, kunnen we dus wel voorspellingen doen over de toekomst, ons het verleden herinneren en ons dingen voorstellen, zoals hoe iets zal smaken bijvoorbeeld.
Voorspellingen, herinneringen en speculaties zijn zogenoemde mentale constructen die verschillen van directe ervaringen. Ze dienen om je te kunnen verplaatsen vanuit de directe situatie, maar ze zijn niet perfect. Doordat ze meer abstract voor ons zijn, houden we te weinig rekening met de details, terwijl juist die details bepalend kunnen zijn voor hoe we ons echt voelen of wat we echt doen. Dit is de reden waarom we niet goed zijn in het voorspellen van ons eigen gedrag. Het is ook de oorzaak van onze neiging om dingen vanaf een afstand te idealiseren.
Daar zit mijn dochter dan met haar eigen bakje havermout. Ik kijk haar aan en neem een slok van mijn koffie. Ze duwt haar bakje weg, pruilt haar lipje en kijkt me met een scheef hoofdje aan. Haar kleine vingertje komt weer tevoorschijn en langzaam richt ze hem op mijn kopje. “Ik ook die..?”
Tips
– Een planning maken voor de lange termijn? Probeer bewust meer stil te staan bij details zodat je deze mee kunt nemen. Op die manier zal je planning realistischer zijn en wordt de kans groter dat je je eraan kunt houden. Dit is ook de meerwaarde van gedetailleerde draaiboeken. Hoe concreter, hoe beter.
– Heb niet de illusie dat je altijd je eigen gedrag goed kunt voorspellen. Onvoorziene interne reacties die je gedrag beïnvloeden liggen op de loer. Je kunt je hier meer bewust van worden door vaker stil te staan bij je eigen gedrag. Hoe heb ik zojuist gereageerd en waarom? Sla dit op voor je jezelf, zo gedetailleerd mogelijk, zodat je het mee kunt nemen in een volgende voorspelling.
– Een belangrijk optreden, gesprek of iets soortgelijks in het vooruitzicht? Bereid je voor door de situatie zo goed mogelijk na te bootsen. Vrienden, familie of een coach kunnen je daarbij helpen. Het helpt het concreter te maken, waardoor je een betere indruk krijgt van hoe je de situatie zal ervaren en hoe je daar het beste mee om kunt gaan.
Bron